Bij een normale ademhaling heb je korte adempauzes tussen de in- en uitademing, tijdens de verbonden ademhaling worden deze pauzes bewust weggelaten en ontstaat een actieve ademhaling. Tijdens deze actieve ademhaling wordt zichtbaar hoe je ademt, waar er ademruimte is en waar nog meer ademruimte mag komen. Het is namelijk zo dat je onbewust met je adem reageert op situaties die zich voordoen in je leven. Je herkent waarschijnlijk wel dat je adem stokt op het moment dat je schrikt of dat je je adem inhoudt op het moment dat iets spannend is. Het lichaam heeft een eigen geheugen en elke keer als je met je ademhaling reageert, wordt dit opgeslagen in je lichaam en ontstaat er een soort blokkade. Bij de verbonden ademhaling worden deze blokkades zichtbaar en met behulp van je adem kan weer ruimte ontstaan.
Na het actief ademhalen ga je terug naar je normale ademhaling, kom je weer tot rust en is het mogelijk dat je allerlei sensaties ervaart in je lijf. Daarna kom je langzaam weer terug in het hier en nu en is er ruimte om alle belevingen en gewaarwordingen te delen.